Deze bouwsteen kan worden gebruikt om gebeurtenissen, zoals facturering, over te dragen en weer te geven in een Exosphere-database.
Inhoudsopgave
Ingangen↑
Contractie | Korte beschrijving | Beschrijving | Waardebereik |
---|---|---|---|
ETr | Trigger | Een puls op de ingang activeert een schrijfactie naar de database. | 0/1 |
Uid | User-ID | Gebruikers-ID. Als dit is ingesteld voordat de gebruiker is getriggerd, kunnen de gebruikersvelden van de gebruiker met dit id worden gebruikt | - |
CI1 | Custom input 1 | Extra gepersonaliseerde ingang 1 | - |
CI2 | Custom input 2 | Extra gepersonaliseerde ingang 2 | - |
CI3 | Custom input 3 | Extra gepersonaliseerde ingang 3 | - |
CI4 | Custom input 4 | Extra gepersonaliseerde ingang 4 | - |
CI5 | Custom input 5 | Extra gepersonaliseerde ingang 5 | - |
CI6 | Custom input 6 | Extra gepersonaliseerde ingang 6 | - |
CI7 | Custom input 7 | Extra gepersonaliseerde ingang 7 | - |
CI8 | Custom input 8 | Extra gepersonaliseerde ingang 8 | - |
Uitgangen↑
Contractie | Korte beschrijving | Beschrijving |
---|---|---|
Log | Log output | Log-uitgang voor elke schrijfbewerking naar de database |
AC | API Connector | Intelligente API gebaseerde connector. API Commands |
Parameter↑
Contractie | Korte beschrijving | Beschrijving | Eenheid | Waardebereik | Standaardwaarde |
---|---|---|---|---|---|
Td | Trigger Delay | Vertraagt het schrijven naar de database na de trigger om er zeker van te zijn dat alle ingangen zijn ingesteld | ms | ∞ | 0 |
Eigenschappen↑
Korte beschrijving | Beschrijving | Standaardwaarde |
---|---|---|
Kolominhoud | Bewerk de inhoud van de kolom. Geef aan welke gegevens naar de databasekolommen geschreven moeten worden. | - |
Programmeervoorbeeld↑
In dit voorbeeld worden facturen voor eten en drinken voor werknemers vastgelegd in een database.
Een database moet worden aangemaakt in Exosphere en worden geïntegreerd in de configuratie met behulp van "Database".
Met de bouwsteen "Event Database Connector" kan de database nu worden gevuld met gegevens.
Door dubbel te klikken op de bouwsteen wordt de "Database Connector Configuratie" geopend. Hier kunnen de inhoud van de kolommen worden gedefinieerd.
Als een optie grijs weergegeven wordt, is het datatype niet compatibel ermee.
Bovendien kunnen de bouwsteen ingangen "CI1-CI8" benoemd worden. Deze worden weergegeven in de configuratie, maar niet in de Exosphere database.
De ingang "ETr" wordt geactiveerd wanneer een gebruiker met succes is geverifieerd via de NFC Code Touch. Bij elke stijgende flank van deze ingang worden gegevens naar de database geschreven.
De ID van de geauthenticeerde gebruiker wordt overgedragen naar de invoer "Uid", en met aanvullende logica op "CI1" en "CI2" worden het type eten en drinken alsook de respectievelijke prijs overgedragen.