Constante lichtregeling

Bouwsteen voor constante lichtregeling van een ruimte. Vereist een goed gepositioneerde sensor die snel de helderheid in de ruimte detecteert.

Inhoudsopgave


Ingangen

Contractie Korte beschrijving Beschrijving Waardebereik
Br Current brightness Huidige helderheid
Set Sets output (Lc) to value of input (Set) Stelt uitgang (Lc) in op waarde van ingang (Set) 0...100
Off Off Puls: Uitgangen worden gereset / uitgeschakeld.
Aan: bouwsteen is vergrendeld.
Dominerende ingang.
0/1
Act Activation Activeert constante helderheidsregeling wanneer 1. 0/1




Uitgangen

Contractie Korte beschrijving Beschrijving Waardebereik
Lc Light circuits Ondersteund worden: Smart Actuator RGBW of WW, Lumitech, RGB, 0-100%, 0-10V, 1-10V.
Als meerdere actuators worden aangesloten, moeten deze van hetzelfde type zijn.
AC API Connector Intelligente API gebaseerde connector.
API Commands
-




Parameter

Contractie Korte beschrijving Beschrijving Eenheid Waardebereik Standaardwaarde
Hys Hysteresis Als het verschil tussen de instelwaarde en de actuele waarde groter is dan deze hysteresis, wordt er bijgestuurd. % 0...100 10
Sts Step size Hoe groter de stapgrootte, hoe sneller de streefwaarde wordt bereikt. Grote stappen kunnen er echter toe leiden dat de lichtverandering zichtbaar wordt. % 0...100 5




Eigenschappen

Korte beschrijving Beschrijving Waardebereik Standaardwaarde
Doel helderheid Deze helderheid moet worden bereikt wanneer de regelaar actief is. 5000
Doel helderheid instellen Bepaal de te bereiken doel helderheid als de regelaar actief is. - -




Basis programmering

De constante lichtregelaar wordt meestal gebruikt in combinatie met de lichtsturing. Hij wordt geactiveerd via de ingang (Act), de dimbare verlichting wordt aangesloten op de uitgang (Lc):

In deze configuratie wordt de verlichting alleen met de lichtsturing bouwsteen in- of uitgeschakeld, de constante lichtregelaar neemt dan de helderheidsinstelling van de verlichting over.

Als de verlichting via de lichtsturingsbouwsteen wordt ingeschakeld, maar de ruimte al voldoende helder is, dan schakelt de constante lichtregelaar de verlichting niet aan.

Gebruik de functie "Doel helderheid instellen" in de eigenschappen van de bouwsteen om de verlichting aan te passen aan de gewenste helderheid. Een fijn afstelling na het voltooien van de ruimte inrichting en meubels is aan te raden.

Gebruik indien nodig verschillende constante lichtregelaars, sensoren en verlichtingsgroepen voor verschillende ruimtes. Verlichting is bijvoorbeeld vaak niet nodig in gebieden dicht bij ramen, maar wel in gebieden met minder daglicht.


Selectie en plaatsing van de helderheidssensor

Voor de detectie van de lichtsterkte wordt de voorkeur gegeven aan sensoren die snel reageren op veranderingen in de lichtsterkte, zoals die in de Tree bewegingsmelder. Bij gebruik van de sensor in de Air bewegingsmelder kan de waarde voor de transmissiecyclus van de lichtsensor worden teruggebracht tot 1 minuut. Het controlesysteem zal in dit geval echter langzamer reageren.

De positionering van de sensor is bepalend voor een goede controle. Kies een locatie die kritisch is voor de helderheid in het gewenste bereik. Bijvoorbeeld direct boven een bureau, maar nog beter op het bureau.

Merk op dat er situaties kunnen zijn waarin direct of gereflecteerd daglicht of zonlicht op de sensor kan vallen, maar niet op het werkoppervlak, of omgekeerd. Dergelijke situaties moeten worden bekeken en vermeden worden door de sensor zorgvuldig te plaatsen.